Allerheiligen is een vrije dag in België maar door omstandigheden kon ik geen volle dag het water op. Het was middag toen we vertrokken en we zagen geen hand voor onze ogen. Dikke mist, heel dikke mist. Pa vertelde aan de telefoon dat het in West-Vlaanderen mooi zonnig was en we besloten het er nog op te wagen, tegen de kust aan was er misschien zon?
Hoe verder we Nederland in reden hoe erger het werd. Ik besloot dan maar op een riviertje te gaan varen/vissen… Het zag er niet zo hoopvol uit in deze grijze soep. De Hobie kayaker die ik uit de mist zag opdoemen had zich opvallender gemaakt met drie lange fluoriserende wimpels op z’n kayak. Bizar zicht. Hij was nochtans even vlug in de grijze soep verdwenen als hij gekomen was. Ik besloot te werpen met kunstaas en een grote shad passief naast de boot te hangen, in de hoop een luie snoek te strikken.
Het werd niks, zelfs niet toen Marleen en ik door de flarden mist heen aan de overkant van het meer konden vissen. De mist trok weg en de avond werd sfeervol door het mystieke licht, dat ik om de één of andere reden nooit kan vangen in dat kleine fototoestelletje van me. Het was zelfs een aangename temperatuur, er was immers geen lovertje wind. Ik trachtte de dag nog te redden met een mooie baars, maar zelfs die gaven niet thuis. Toch is het werpen met dat CWJ hengeltje al zo prettig dat de vangst niet zo veel uitmaakt…
Met donker reden we terug naar huis, kwamen terecht in een stevige file, en zaten wat te suffebollen in de warme auto. Waarom waren de mensen rondom ons zo aan het stressen? We vochten om de laatste pistolet uit ons picknickmandje (dat Marleen zo liefdevol had klaargemaakt). Conclusie: thuis gebleven was er evenveel mist geweest maar op het water is die zoveel mooier…
Leave a Reply
You must be logged in to post a comment.
Comments
No comments yet.